Over de hoornaar:

 

De hoornaar:

In Eurazië onderscheidt men drie soorten hoornaars: de Duitse hoornaar (Vespa germanica Fabricius), de Middelste hoornaar (Vespa media Degenhardt) en de Grote hoornaar (Vespa crabro Linneaus). Respectievelijk worden deze soorten gemiddeld 20, 25 en 30 mm lang. Behalve door haar afmeting valt de hoornaar op door haar roodachtige borststuk en haar felle geluid. Zij kwam niet veel voor in België en Nederland, maar is de laatste tijd geen zeldzaamheid meer. Hoewel de grote hoornaar meer dan twee keer zo groot is als de gewone wesp, is zij beduidend minder agressief ten opzichte van de mens. Als zij steekt is dit toch aardig wat pijnlijker dan bij een gewone wesp of bij, maar ze steekt minder snel - al kan de hoornaar wel erg weerbaar zijn als het erop aankomt een nest te verdedigen. Werksters zijn 18-25 mm, koninginnen 25-35 mm en mannetjes tot 28 mm lang.

In de volksmond doen fabels de ronde dat een paar steken al voldoende zouden zijn een mens of paard te doden. Voor zover die persoon niet toevallig één van de twee tot drie procent mensen betreft met een allergie tegen de steken of in de keel holte gestoken wordt is dit echter volstrekte onzin. Het gif is vergelijkbaar met dat van bijen en andere wespen, maar niet exact hetzelfde - het bevat een relatief grote hoeveelheid van de neurotransmitter acetylcholine, waardoor het sterker een branderig gevoel opwekt. Ook zal het branderige en jeukende gevoel langer aanhouden. Net als bij gewone wespen zijn voor een niet-allergische mens circa 500-1000 steken nodig om dodelijk te zijn (afhankelijk van de plaats) en aangezien nesten zelden zo groot zijn en slechts één op de tien dieren uit het nest zullen steken is de kans verwaarloosbaar klein. Dat de dieren desondanks killer wasp (moordenaarswesp) genoemd worden zal eerder samenhangen met de manier waarop zij andere insecten jagen en verorberen - voor die dieren is de hoornaar inderdaad een geduchte moordenaar. De hoornaar kan in een wespennest of een bijenvolk enorme schade toerichten, Dit omdat de hoornaar bij de wesp het nest zal plunderen en doden en in een bijenvolk het honing uit de bij zal zuigen waardoor ook deze afsterven, Ook zal de hoornaar de gedode wespen meenemen naar hun eigen nest om hier later de jonge larven van de hoornaars mee te voeren.

In tegenstelling tot kleinere wespen is de hoornaar niet sterk geïnteresseerd in zoetigheid.

 Hoornaars vangen vooral andere insecten, waaronder bijen en wespen maar ook grote insecten als libellen, en likken vaak het uittredende sap van beschadigde bomen, waarbij ze ook de bastranden open knagen met hun grote kaken. Hoornaars zijn in de herfst op afgevallen fruit te vinden, maar komen niet af op zoetigheden. De hoornaar is een goede insectenbestrijder doordat ze grotere prooien aankan dan de andere wespen. Hoornaars vliegen ook 's nachts en komen dan op kunstlicht af.

In 2001 publiceerden enkele onderzoekers een verslag van de aanvallen van hoornaars op libellen op locaties in Wit-Rusland en Italië . Op de locatie in Wit-Rusland waren de Steenrode heidelibel en de Bloedrode heidelibel het slachtoffer, in Italië een soort beekjuffer: Calopteryx haemorrhoidalis. Uit de waarnemingen concludeerden de onderzoekers dat hoornaars regelmatig op libellen jagen, ook mede is de gewone wesp en de bij  voedsel voor de hoornaar wil je van je wespen af laat het nest zitten.

Iets bijzonders is dat de larven worden gevoed met dierlijk materiaal en de larven voor de werksters een zoetige vloeistof produceren, die ze uitbraken en die door de werksters weer wordt opgezogen. De werksters worden dus gezoogd door de larven.

Levenswijze

Hoornaarkolonies (hoornaar kolonies zijn zelden groter dan 1000 exemplaren) leven net als andere wespensoorten slechts één seizoen; soms is een nestplaats verscheidene jaren bewoond maar dat is dan steeds een nieuwe kolonie. Het nest wordt meestal in een boomholte gebouwd, maar soms ook onder de grond, in een nestkastje, onder daken, in huizen of hangend in een boom of struik. De Duitse hoornaar bouwt het nest het liefst onderin de grond. De Middelste en Grote hoornaar bouwen kogelnesten (deze hangen in in de open lucht). De hoornaar is alleen agressief binnen een straal van 5 m van het nest. De hoornaar komt in Nederland voornamelijk voor op de zandgronden in het zuiden en oosten, maar is de laatste jaren ook vaker in het westen en noorden van Nederland gezien in woningen.

 

Wespen in de tuin